Betere beheersing van grondrisico’s met nieuwe website

Rijkswaterstaat heeft samen met een aantal infrabedrijven de website mindergrondrisico.nl ontwikkeld. Deze website helpt om de risico’s van grondverzet beter te beheersen en is daarom een belangrijke tool voor zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers.
Betere beheersing van grondrisico’s met nieuwe website| Land Water
Betere beheersing van grondrisico’s met nieuwe website| Land Water
Betere beheersing van grondrisico’s met nieuwe website| Land Water

Grondverzet is een belangrijke activiteit bij de aanleg en het onderhoud van infrastructurele werken. Bij de uitvoering zijn er vele randvoorwaarden om rekening mee te houden. Zo zijn er vanuit wet- en regelgeving bijvoorbeeld eisen bij hergebruik van bagger en grond en moet rekening gehouden worden met de aanwezigheid van kabels en leidingen, archeologische waarden en niet gesprongen explosieven in de bodem. Dit maakt dat grondverzet goed moet worden voorbereid en zorgvuldig dient te worden uitgevoerd. Niet zelden zijn tegenvallers in gww-projecten  gerelateerd aan de (onder)grond. Dat leidt tot discussies over verantwoordelijkheden, kost veel tijd en geld, geeft negatieve energie, zet verhoudingen onder druk en leidt tot meerkosten. Dit is onder andere benoemd in evaluatierapporten over risicobeheersing van grondverzet in het programma Ruimte voor de Rivier. Slotconclusie was dat de beheersing van grondgerelateerde risico’s in projecten beter kan en moet. Deze conclusie werd onderschreven door brancheorganisaties Bouwend Nederland en de Vereniging van Waterbouwers. 

Website beschikbaar

Rijkswaterstaat en brancheorganisaties hebben daarom samen gekeken hoe grondrisico’s geminimaliseerd kunnen worden en wat nodig is om te bevorderen dat grondverzet in één keer goed wordt uitgevoerd. Een gezamenlijke visie op samenwerken aan beheersing van grondrisico’s, een belangrijke randvoorwaarde, is uitgewerkt via een website. Deze is te vinden op https://mindergrondrisico.nl en is nu voor iedereen beschikbaar. De website schrijft geen uniforme werkwijze voor, maar reikt verschillende mogelijkheden (en voorbeelden) aan voor het samenwerken aan een beheerste uitvoering van grondverzet. Het doel van de website is dat deze bijdraagt aan een constructieve samenwerking tussen partijen, beter projectrendement voor opdrachtnemers en hogere projectkwaliteit. Goed beheerste projecten leiden meestal ook tot duurzamer grondverzet in projecten, waarbij onnodig ‘gesleep’ met bagger en grond wordt voorkomen en vrijkomende materialen in projecten maximaal worden hergebruikt.

Leidende principes

Als vertrekpunt voor de website is een aantal leidende principes geformuleerd die aansluiten bij ontwikkelingen in de gww-sector. Dit zijn:

  • Opdrachtgever en opdrachtnemer dragen samen zorg voor een beheerste, efficiënte uitvoering van grondverzet: ze kennen de risico’s, respecteren elkaars belangen, werken zakelijk en effectief samen, blijven in het traject wendbaar en flexibel en benutten elkaars vakmanschap;
  • Het verzamelen van bodeminformatie is gericht op het belang van de opdrachtgever en de behoefte van opdrachtnemer. Onzekerheden rond bodeminformatie en bijbehorende risico’s worden tijdig geduid en besproken; 
  • Toedeling van risico’s aan opdrachtnemers gebeurt altijd zorgvuldig en proportioneel: ‘best for project’.

Stappenplan

Vanuit de leidende principes is een stappenplan uitgewerkt. Het stappenplan omvat alle projectfasen, van verkenning tot en met oplevering van een gww-project. Het geeft aan wat er in die (proces)stappen gedaan kan worden om grondverzet in één keer goed uit te voeren. Stapsgewijs kunnen risico’s en beheermaatregelen steeds concreter worden gemaakt, omdat er in elke opvolgende (proces)stap meer bodeminformatie beschikbaar komt. Omdat de kosten van onderzoek in verhouding dienen te staan tot de verwachte baten, zal er altijd sprake zijn van restrisico’s. Ook deze dienen te worden beheerst. Dit kan mede door het scheppen van ruimte voor dergelijke risico’s in het contract of de contractvorm, of in het programma van eisen. In totaal zijn voor zeven projectfasen 35 stappen beschreven. Dit betekent niet dat alle stappen onverkort doorlopen hoeven te worden. De projectscope, het bijbehorend risicoprofiel en de keuzes van aanbestedingsvorm en contract bepalen welke stappen gezet behoren te worden. De stappen in de planfase zijn generiek bruikbaar, ongeacht de contractvorm die in een later stadium wordt gekozen. De stappen na de planfase tot de uitvoering lenen zich bij uitstek voor D&C-projecten die op basis van de UAV-GC worden gecontracteerd en bieden ook nuttige informatie voor andere contractvormen. Bijvoorbeeld contractvormen waarin zowel de planuitwerking als uitvoering tot de opdrachtscope behoren, zoals PD&C-projecten. Als de stappen gevolgd worden dan is zowel de informatie als de interpretatie eenduidiger wat sowieso veel ‘gedoe’ zal voorkomen.
Om samen grondrisico’s te kunnen beheersen, is het van groot belang dat opdrachtgever en opdrachtnemer een gezamenlijk beeld hebben van de risico’s. Daarvoor is een risicoregister met focus op grondrisico’s uitgewerkt. Hierin zijn de belangrijkste risico’s (ongewenste gebeurtenissen, oorzaken en gevolgen) benoemd, alsmede beheersmaatregelen en van toepassing zijnde gereedschappen. Bij grondrisico’s denken we vaak eerst aan de chemische kwaliteit van grond en bagger. Risico’s reiken echter verder, zoals bijvoorbeeld onbekendheid met kabels en leidingen en andere obstakels, archeologische vondsten, tegenvallende fysische kwaliteit als draagkracht en erosiebestendigheid, grondwaterstanden en aanwezigheid van bodemdiertjes als hazelwormen. Het niet benutten van kansen, behoort overigens tot een van de grootste risico’s.
Risicogestuurd onderzoek wordt ingezet om een risico te beperken of beter te kunnen beheersen. De scope van dergelijk onderzoek wordt bepaald door diverse actuele kennisvragen. Is het project vergunbaar? Wat zijn de kosten van het project? Kunnen vrijkomende materialen worden hergebruikt? Zijn er bodemissues die kunnen ingrijpen op de planning? Moet de bodem worden bewerkt en/of verbeterd om deze geschikt te maken voor het voorgenomen gebruik, of om voldoende te consolideren? Hoe kan schade aan de omgeving worden beperkt? Wat kost het risicogestuurd onderzoek en welke risicoreductie levert het op? Kan het restrisico niet beter worden beheerst met een aangepast ontwerp of een contract dat meer ruimte biedt voor het inspelen op afwijkingen?

Duiding

Er is bij marktpartijen veel behoefte aan duiding van bodemdata en- informatie. Daarom is het advies om inschrijvers bij een aanbesteding niet alleen relevante data en informatie te overhandigen, maar ook een document waarin deze data en informatie worden geduid. De webapp geeft een overzicht van onderwerpen die moeten worden behandeld, waaronder het omgaan met juistheid en volledigheid en de status van bodeminformatie. Ook komt aan bod hoe om te gaan met de referentiesituatie voor het inschatten van een realistische prijs en de verrekening van meerkosten achteraf in geval van vermeende afwijkingen. Uitgangspunten afspreken aan de voorkant heeft veel voordelen: agendering van onzekerheden, minder risico’s voor inschrijvers, minder ruimte voor opportunistisch/strategisch inschrijvingsgedrag en kansen voor een ‘best for project’ risicodeling.  

Gezamenlijke inspanning

De website is het resultaat van een gezamenlijke inspanning van Rijkswaterstaat, Bouwend Nederland en Vereniging van Waterbouwers. Doel van de website is om partijen op inspirerende wijze te verbinden, richting te geven en informatie te bieden, zodat ervaringen kunnen worden gedeeld. Aan de website hebben werkgroepen gewerkt, bestaande uit medewerkers van Rijkswaterstaat, Van Oord Dredging and Marine Contractors, Martens en Van Oord, Boskalis Nederland, Ploegam, Heijmans, GMB en Van den Herik. Het secretariaat is verzorgd door Erik Schurink van advies- en ingenieursbureau Lievense. 

Pieter de Boer is senior adviseur bij de afdeling Werkwijze Techniek en Technisch Management van Rijkswaterstaat Programma’s, Projecten en Onderhoud (PPO) en vertegenwoordigt Rijkswaterstaat veelvuldig in binnen- en buitenland op het gebied van vraagstukken inzake baggerspecie; Wim Sterk heeft als senior adviseur bodem en ondergrond bij de afdeling Natuurlijk Circulair van Rijkswaterstaat Water Verkeer en Leefomgeving veel ervaring met risicobeheersing in het grondverzet binnen het Ruimte voor de Rivier-programma; Martin Egas is directeur van Ploegam Innovatie en al vele jaren betrokken bij projecten met veel grondverzet in het rivierengebied in binnen- en buitenland; Erik Schurink is consultant bodem en ondergrond bij Lievense en sinds 2013 bij het programma Ruimte voor de Rivier betrokken.