Op het perceel ligt een veenlaag onder een dunne laag zware klei. Die veenlaag oxideert langzaam, waardoor het al lage perceel nog verder daalt en steeds natter wordt. Door de grond op te hogen met ongeveer 70 cm slib, zal het veen minder snel oxideren. Bovendien is de verwachting dat dit perceel in de toekomst betere resultaten oplevert voor de landbouw, omdat het slib een lichtere, vruchtbare grond wordt. Eigenaar van de grond Pieter Noordam: “We hopen dat we over een paar jaar op dit perceel goed pootaardappelen kunnen verbouwen. Als de grond lichter is dan is het makkelijker te bewerken en worden opbrengsten hoger. Ook zal het perceel minder snel te nat of te droog worden.”
Verminderen hoeveelheid slib
Een ander doel is het verminderen van de grote hoeveelheid slibdeeltjes in de Eems-Dollard. Het brakke water is er nu erg troebel, waardoor de ecologie verslechtert en het moeilijker wordt voor allerlei dieren om hier te leven.
Het slib is onderzocht en mag verwerkt worden op landbouwgrond. Voor het zoute slib op het land gebracht wordt, moet het worden ontzilt. Dit gebeurt in het Oosterhornkanaal door het te mengen met zoet water. Vanaf daar wordt het via leidingen naar het perceel gepompt. Het zoute water dat hierbij vrij komt wordt terug naar zee afgevoerd. Dit proces duurt ongeveer tien weken.
De proef is een samenwerking van maatschap Noordam-Ten Have uit Borgsweer, Rijkswaterstaat, provincie Groningen, Groningen Seaports en waterschap Hunze en Aa’s.