Advies commissie D’Hooghe als leidraad voor bruggen

De gemeente Amsterdam is een stap dichter bij de komst van twee bruggen over het IJ. Het college van B en W heeft aangegeven het advies van de onafhankelijke adviescommissie D’Hooghe als leidraad te gaan gebruiken voor de verdere planvorming. De commissie adviseerde om een brug te maken tussen de Johan van Hasseltweg en het Azartplein. Dit is meer oostelijk dan de oorspronkelijke plannen die er waren voor de Javabrug. Aan de westkant wilde het college een brug of tunnel maken ter hoogte van het Stenen Hoofd naar Noord. Maar de commissie raadt aan een brug te maken die meer westelijk ligt, tussen de NDSM-werf en de Haparandadam.
Advies commissie D’Hooghe als leidraad voor bruggen| Land Water

De eerder voorgestelde fietsbrug naar de Sluisbuurt is volgens de commissie vanuit nautisch perspectief niet mogelijk. In plaats daarvan adviseert de commissie de Amsterdamsebrug aan te passen en geschikt te maken voor grotere stromen fietsers en openbaar vervoer, in combinatie met een permanente veerverbinding tussen Sporenburg en de Sluisbuurt. Verder is het advies een voetgangerspassage te maken vanaf het Centraal Station naar Noord.

Commissie D’Hooghe

De commissie D’Hooghe heeft ook nog geadviseerd om de Passenger Terminal Amsterdam (PTA) te verplaatsen naar de Coenhaven. Ook op dit punt volgt het college het advies van de commissie en wijst het Westerhoofd in de Coenhaven aan als voorgenomen voorkeurslocatie. Dit besluit wijkt af van het coalitieakkoord, waarin staat dat de inzet is om de PTA – in goed overleg met de partners in de regio – naar buiten Amsterdam te verplaatsen. De reden voor dit besluit is dat de geadviseerde maatregelen van de commissie D’Hooghe een samenhangend pakket vormen, waar geen onderdelen uitgehaald kunnen worden zonder afbreuk te doen aan het geheel. Uit onderzoek moet op termijn blijken of de verplaatsing van de PTA haalbaar is.

Vervolg

Amsterdam gaat nu een definitief inrichtingsplan maken voor het IJ en het Amsterdam Rijnkanaal binnen de Ring A10. De gemeente past de bestaande voorkeursbesluiten aan op basis van de adviezen van de commissie. Goed overleg met de direct betrokken partners (provincie Noord-Holland, Vervoerregio Amsterdam, Centraal Nautisch Beheer en Port of Amsterdam) en het Rijk is uitgangspunt.

Naar verwachting wordt het inrichtingsplan samen met de aangepaste voorkeursbesluiten eind 2021 voorgelegd aan de gemeenteraad. Net als in de afgelopen periode zal er ruimte zijn voor participatie en inspraak van bewoners, bedrijven en betrokken organisaties.